Oktober 2020
Voor Oktober bespreken we één van de vele stukken uitrusting waarop de Duits genietroepen (Pioniere) tijdens de Tweede Wereldoorlog beroep konden doen.
De Duitse pionieren waren echte 'manusjes-van-alles'. Waar de taak van de gewone soldaat vooral gevestigd was op rechtstreekse oorlogsvoering, stond de pionier onder andere in voor het aanleggen van noodbruggen, dynamiteren van bruggen en obstakels, de aanleg van mijnenvelden, ..... een te lange lijst om op te noemen!
Kort samengevat: zij ondersteunden andere legeronderdelen en maakten het voor hen mogelijk hun doelstellingen te verwezenlijken.
De Duitse pionieren waren echte 'manusjes-van-alles'. Waar de taak van de gewone soldaat vooral gevestigd was op rechtstreekse oorlogsvoering, stond de pionier onder andere in voor het aanleggen van noodbruggen, dynamiteren van bruggen en obstakels, de aanleg van mijnenvelden, ..... een te lange lijst om op te noemen!
Kort samengevat: zij ondersteunden andere legeronderdelen en maakten het voor hen mogelijk hun doelstellingen te verwezenlijken.
Eén van de taken van de pionieren was het opsporen en onschadelijk maken van vijandige mijnen en niet ontploft springtuig. Vaak was er echter geen tijd om het gevonden springtuig ter plaatse onschadelijk te maken. Met de vlaggetjes die we in de foto boven zien, kon het gevonden springtuig zichtbaar worden gemarkeerd en herkend door anderen. Vaak werden deze gevonden explosieven op later tijdstip geruimd of geneutraliseerd door later passerende pionier-troepen.
Gele vlaggetjes (zoals boven) werden algemeen gebruikt voor springtuig met een mogelijk chemisch gevaar, witte vlaggetjes voor explosieven.
Gele vlaggetjes (zoals boven) werden algemeen gebruikt voor springtuig met een mogelijk chemisch gevaar, witte vlaggetjes voor explosieven.
Boven zien we 2 zakjes met 'mijnvlaggetjes' zoals de pionier deze met zich meedroeg om gevonden springtuig zichtbaar te markeren voor anderen. Het linkse zakje is een later-oorlogs exemplaar uit stof (1944), rechts een vroeger exemplaar uit 'presstoff' (1940). Buiten de verandering in materiaal werd doorheen de oorlog weinig tot niets veranderd aan de constructie van deze tassen.
Ook zien we nog 2 ogen die bevestigd waren aan de zijkant van de vlaggenstokjes, deze waren bedoeld om 2 vlagjes op elkaar te kunnen bevestigen om zo de zichtbaarheid te vergroten.
Ook zien we nog 2 ogen die bevestigd waren aan de zijkant van de vlaggenstokjes, deze waren bedoeld om 2 vlagjes op elkaar te kunnen bevestigen om zo de zichtbaarheid te vergroten.
Vooraan op de draagtas zat bovendien een zakje waar oorspronkelijk een gekleurd lint in werd bewaard. Met dit lint konden de vlaggetjes onderling worden verbonden om een groter gebied duidelijk herkenbaar af te bakenen.
In deze tas heeft de pionier dit zakje voor een ander doel aangewend: hij heeft hier namelijk zijn lintmeter van 25 meter in opgeborgen.
In deze tas heeft de pionier dit zakje voor een ander doel aangewend: hij heeft hier namelijk zijn lintmeter van 25 meter in opgeborgen.
Op het stoffen exemplaar herkennen we nog heel vaag een keurstempel, datum (1944) en de code van de producent (epf). Op het vroegere exemplaar vinden we dezelfde informatie terug, hierop werd nog de volledige naam en locatie gestempeld in plaats van een code.
Deze code verving later in de oorlog de naam van de producent zodat het voor de geallieerden moeilijker zou zijn om de locatie van de producent te vinden. Indien de geallieerden een locatie konden plakken op zulke fabrieken of producenten werden deze immers vaak het doelwit voor bombardementen.
Deze code verving later in de oorlog de naam van de producent zodat het voor de geallieerden moeilijker zou zijn om de locatie van de producent te vinden. Indien de geallieerden een locatie konden plakken op zulke fabrieken of producenten werden deze immers vaak het doelwit voor bombardementen.
Bronnen
BALEN BEVRIJD, Persoonlijke archieven.
BALEN BEVRIJD, Persoonlijke archieven.