BALEN BEVRIJD
  • WELKOM
    • Over deze website
  • Virtueel Museum
    • Jaaroverzicht 2022 >
      • Januari 2022
      • Februari 2022
      • Maart 2022
      • April 2022
      • Mei 2022
      • Juni 2022
      • Juli 2022
      • Augustus 2022
      • September 2022
      • Oktober 2022
      • November 2022
      • December 2022
    • Jaaroverzicht 2021 >
      • Januari 2021
      • Februari 2021
      • Maart 2021
      • April 2021
      • Mei 2021
      • Juni 2021
      • Juli 2021
      • Augustus 2021
      • September 2021
      • Oktober 2021
      • November 2021
      • December 2021
    • Jaaroverzicht 2020
    • Jaaroverzicht 2019
    • Jaaroverzicht 2018
    • Archief
  • Pop Up Museum
  • Balen tijdens WOII
  • Oorlogsslachtoffers
    • Inventaris
    • Fiches
  • Projecten
  • Gooi niets weg!
  • Contacteer ons!
  • Links

Juli 2016

Het object van de maand Juli is een Belgisch vooroorlogs kwartiermutsje of politiemuts (bonnet de police) van het 9de Linieregiment. Het afgebeelde type muts was, naast de typische adrianhelm, het standaard hoofddeksel van de Belgische soldaat en werd ingevoerd in het jaar 1935. De koningsblauwe bies en scharlaken rode kwast of floche geven aan dat het gaat om een exemplaar van een infanteriesoldaat. Het cijfer 9 geeft het regiment aan, het 9de Linieregiment.
Ensemble 9de Linie Regiment.
Tijdens de Veldtocht van Mei 1940 was de eenheid onder meer actief in onze streek. Om die reden wordt hieronder verder ingegaan op de geschiedenis van het regiment en de inbreng van de eenheid in onze regio tijdens de begindagen van de Duitse inval.
Daarnaast kon ook een Balenaar worden aangetroffen in de rangen van het 9de Linieregiment, namelijk Henricus Schildermans uit Balen-Wezel. Het onderstaande artikel sluit alvast af met het geïllustreerde verhaal van Henri. In het artikel werd eveneens het oorlogsverhaal van oud-strijder Karel Mertens verwerkt. Karel was soldaat-kanonnier in de 14de Compagnie (Anti-tankkanonnen C47) van het 9de Linieregiment tijdens de Achttiendaagse Veldtocht en dus rechtstreekse ooggetuige. Hij behoorde tot de klasse van '39 en werd net 20 jaar op 10 mei 1940. Zijn persoonlijk verhaal geeft alvast een bijzondere toets aan het feitenoverzicht en een unieke blik op de gebeurtenissen in onze streek.
1. De mobilisatie
Het 9de Linieregiment maakte, samen met het 1ste Regiment Grenadiers en het 1ste Regiment Carabiniers, deel uit van de 6de Infanteriedivisie van het Belgische Leger. Het regiment had in vredestijd de kazerne van het Klein Kasteeltje te Brussel als standplaats en was een zogenaamde actieve eenheid. Omwille van die actieve status werd het 9de Linieregiment reeds op 25 augustus 1939 gemobiliseerd tijdens de eerste fase (Fase A) van het mobilisatieplan. Die dag werden de actieve troepen (dienstplichtigen of miliciens van de klassen 1938 en 1939) uitgebreid met de reservisten (recent afgezwaaide klassen) van het regiment. Tijdens de mobilisatie werd het 9de Linieregiment eveneens ontdubbeld in het 18de en het 39ste Linieregiment.
Nadat de eenheid op voet van oorlog was gebracht, verplaatste het regiment zich naar Sint-Agata-Berchem. Het 9de Linieregiment werd daar in een school ondergebracht. Vanuit dat oorlogskantonnement verplaatste de troepen zich al snel naar Pamel nabij Roosdaal. In september 1939 kreeg de 6de Infanteriedivisie de opdracht om het westelijke uiteinde van de verdedigingslijn Ninove-Waver te bemannen. Na twee weken werd het regiment dus al weer verplaatst van Pamel naar Gooik. Daar, en in de omliggende dorpen, vatte het 9de Linieregiment post vanaf 11 september 1939.
Tegen het einde van de maand november 1939 werd de eenheid naar het Albertkanaal gestuurd om de ondersector rond Eigenbilzen te verdedigen. In maart 1940 mocht het 9de Linieregiment die posities verlaten en werden de troepen op rust gesteld in Waterlo. Na een korte rust periode werd het regiment begin april voor een tweede maal naar de Dekkingsstelling aan het Albertkanaal gezonden en kwamen de troepen in en rond Tessenderlo te liggen.

De Dekkingsstelling werd vanaf eind 1939 bemand door 14 legerdivisies, wat neer kwam op meer dan de helft van het Belgische leger. De verdedigingslinie liep vanuit Antwerpen over Luik tot in Namen en bestreek het hele gebied van het Albertkanaal en de Maas. Aan het Albertkanaal werden bunkers opgebouwd. Die bouwwerken werden om de 600 meter van elkaar geplaatst en uitgerust met twee mitrailleurs. Alle bruggen werden ondermijnd met springladingen, velden werden onder water gezet en tankversperringen opgebouwd. De Versterkte Posities (de fortengordels) van Luik en Namen maakten integraal deel uit van de stelling.

De commandopost van het 9de Linieregiment vestigde zich in Klein-Vorst. De stellingen aan het kanaal en het sluizencomplex werden op constante basis (dag en nacht) bemand. Achter het kanaal waren tijdens de wintermaanden van de mobilisatieperiode reeds loopgraven en schuilplaatsen aangelegd, waarin de manschappen stelling moesten nemen bij een mogelijke aanval. Daar stelde het regiment eveneens alle zware wapens op. De troepen van het 9de Linieregiment werden in de streek ingekwartierd. De meeste soldaten kwamen nabij Klein-Vorst en Kwaadmechelen bij burgers terecht of kregen onderdak in leegstaande huizen. Het leger had eveneens houten barakken opgericht om de troepen in onder te brengen.
Ook de aanwezigheid van de chemische industrie in Tessenderlo bleef voor de manschappen van het 9de Linieregiment niet onopgemerkt. Karel Mertens:"Het moreel bij ons peloton was uitstekend, niettegenstaande er wel eens gemord werd over het eten of over de slechte inkwartiering. [...] Inderdaad, slecht gelogeerd in stapelhuizen, hangaars of leegstaande fabrieken, zag de toekomst er hier niet rooskleurig uit. We lagen toen in dat niet welriekend Tessenderlo op de vooravond van de invasie."
2. De Duitse inval van mei 1940
Op 10 mei 1940 was het 9de Linieregiment nog steeds gelegen in de ondersector van Klein-Vorst. Vlak na middernacht werd er algemeen alarm geslagen. De manschappen in de kantonnementen kregen rond 2.30u het bevel om zich klaar te maken en omstreeks 4.00u moesten zij zich allen naar de verdedigingslinies aan het Albertkanaal begeven. Daar werden de troepen klassiek in twee lijnen opgesteld, waarbij het Iste en het IIde Bataljon in eerste lijn en het IIIde Bataljon in steun kwamen te liggen. De zware wapens van het IVde Bataljon (bestaande uit de 14de Compagnie Anti-tankkanonnen C47 en 15de Compagnie Mortieren M76) werden zoals gebruikelijk verdeeld over de verschillende kleinere eenheden:
- het Iste Bataljon kreeg anderhalf peloton mitrailleurs en zeven C47 kanonnen;
- het IIde Bataljon ontving twee C47 kanonnen en een peloton mortieren;
- het IIIde Bataljon ontving een peloton mitrailleurs, vijf C47 kanonnen en een peloton mortieren als bijkomende steun;
- een laatste sectie mitrailleurs stond opgesteld in bunker H24 aan het Albertkanaal.
De manschappen van de gemobiliseerde eenheden waren inmiddels gewend om een aanval te simuleren door de vele en vaak onverwachte oefeningen. Rond 4.15u was echter vanuit het oosten een luid geronk van vliegtuigen en zware ontploffingen hoorbaar. Tijdens de vroege voormiddag van 10 mei 1940 verspreidde eveneens het nieuws dat het vliegveld van Schaffen nabij Diest en het Kamp van Beverlo waren gebombardeerd door Duitse vliegtuigen. De geruchten werden al snel bevestigd door nieuwe berichten en bevelen van de Belgische legerleiding. Voor de troepen werd alles duidelijk: de oorlog was uitgebroken!
Karel Mertens: "Omstreeks 4 uur verlieten we het kantonnement en begaven ons naar onze stelling te Klein-Vorst bij het kanaal. Inmiddels hingen er ontelbare vliegers boven onze hoofden. Nu zagen we dat het Duitse vliegtuigen waren, aan de zwarte kruisen terzijde van de romp en het hakenkruis op het staartstuk. Ons luchtafweergeschut was in aktie getreden en dat waren doffe knallen. Nu pas begonnen we te beseffen dat er iets ergs gaande was. Zou het waarachtig oorlog worden? Dit zagen we zo op de vragende gezichten. Op onze stelling begonnen we onmiddellijk het kanon in gereedheid te brengen en het ontruimen van het schietveld. Even na 4 uur hoorden we hevige donderslagen of iets dergelijks. Men vertelde ons dat het vliegveld van Schaffen gebombardeerd werd. Nu hoorden we heel duidelijk het verschil tussen het vuren van ons afweergeschut en het inslaan van bommen."

Het peloton verkenners van het 9de Linieregiment werd uitgestuurd en ging op patrouille aan de noordelijke oever van het kanaal. Daar werden de verkenners bijgestaan door het Eskadron Wielrijders van de 9de Infanteriedivisie. Die laatste eenheid bestond uit drie pelotons en had zich in de Ondersector Balen-Kwaadmechelen langs het Kanaal van Dessel-Kwaadmechelen ontplooid. De commandopost van de Wielrijders bevond zich in het centrum van Meerhout.
De Duitse Luftwaffe was die dag erg actief en de stellingen van het 9de Linieregiment werden regelmatig overvlogen door vijandelijke toestellen. Het betrof, voorlopig althans, vaak verkenningsvliegtuigen.


Karel Mertens: "Heel de voormiddag heeft dat overvliegen aangehouden. Nog nooit hadden we zoveel vliegtuigen samen in de lucht gezien. Voortdurend was ons afweergeschut doende maar zonder merkbaar resultaat, want we zagen geen enkel vliegtuig naar beneden donderen. Inmiddels waren we naarstig bezig de stelling verder uit te bouwen en er werden munitievoorraden aangebracht."

Een eerste golf van civiele vluchtelingen kwam eveneens op gang. Vele inwoners uit de streek trachtten zich van alle ellende te besparen en vluchtten weg over de kanaalbruggen. Ook de eenheden van Dekkingsstelling tussen het Albertkanaal en de Nederlandse grens plooiden zich stelselmatig terug in de richting van de K.W.-linie.
De K.W.-stelling of K.W.-linie of zogenaamde ‘Weerstandsstelling’ was een Belgische antitankversperring tussen Koningshooikt en Waver. De verdedigingslijn werd opgericht tussen september 1939 en mei 1940 en bestond uit een aaneenschakeling van gevechtsbunkers, communicatiebunkers, anti-tankgrachten en stalen versperringselementen. De KW-stelling was bedoeld om een mogelijke Duitse inval af te weren en hoorde samen met de Fortengordel rond Luik en de Stelling van Antwerpen tot de kern van de Belgische verdediging in 1940.
In de late namiddag kwamen de stellingen van het 9de Linieregiment aan het Albertkanaal voor het eerst onder vuur te liggen.

Karel Mertens:
"Rond 17 uur werden we overvlogen door drie laagtrekkende vliegtuigen die meteen onze stellingen onder vuur namen. Wij werden danig gemitrailleerd, maar gelukkig werd niemand bij stuk 10, noch bij de andere stukken geraakt. Dit was dan onze eerste kennismaking met het oorlogsgeweld."

Drie gevechtsvliegtuigen van de Duitse Luftwaffe, van het type Dornier 17, speurden de kanaaloevers af en namen de Belgische verdedigingslinies stelselmatig onder vuur. Die aanvallen bleven echter niet onbeantwoord. De ‘Mitrailleurs’ Compagnieën van het 9de Linieregiment (4de, 8ste, 12de en 13de Compagnie) waren onder andere uitgerust met zware Maxim machinegeweren en namen de vliegtuigen herhaaldelijk onder vuur. Zij slaagden er uiteindelijk in om één van de toestellen neer te halen. Het vliegtuig stortte neer in de buurt van het station in Tessenderlo.
De posities van de 6de Infanteriedivisie veranderden voorlopig niet en ook de manschappen van het 9de Linieregiment bleven trouw op post in de nacht van 10 op 11 mei 1940. De stellingen werden beurtelings bewaakt door een derde van de manschappen, telkens voor één uur. Het overige deel van de troepen kreeg de kans om bij te slapen. Die kans bleef wellicht voor velen, gezien de omstandigheden van de dag, onbenut.


Karel Mertens: "Vanzelfsprekend werd er bijna geen oog dichtgedaan tijdens die eerste oorlogsnacht; en wij waren reeds meer dan 24 uur op de been. Daarbij kwam nog dat er de hele nacht door ontploffingen werden gehoord, veroorzaakt door het uitwerken van de voorziene vernietigingen."

3. De strijd breekt los: 11-13 mei 1940
In de loop van de dag van 11 mei 1940 verspreidden zich steeds meer berichten over het krijgsgebeuren onder de troepen. Ook de Duitse Luftwaffe verscheen terug aan de hemel en voerde her en der nieuwe aanvallen uit op de Belgische stellingen.
Terwijl het 9de Linieregiment nadere bevelen afwachtte, werd er in de streek druk gezocht naar vermeende Duitse parachutisten en spionnen. Zo werden er spionnen gesignaleerd tussen Vorst en Eindhout en aan de Veedijk in Meerhout-Zittaart. De zoekacties, vaak ingeleid door geruchten en angst, leidden echter tot weinig resultaat.

Karel Mertens:
"Van burgers vernamen we dat er zowat overal valschermspringers waren neergekomen, en nog veel andere geruchten. [...] Vanaf 's morgens heel vroeg (11 mei 1940) was men druk doende valschermspringers ofte parachutisten op te sporen en dan voornamelijk bij de C.P. van de 14de Kie. Sedert gisteren heeft men er de mond van vol; men ziet er echter nooit een opbrengen."
In de loop van de dag werden ook de posities van het regiment aan het kanaal verder uitgebouwd. De loopgraven werden verstevigd en dieper uitgegraven. De herhaaldelijke luchtaanvallen vormden dan ook een sterke motivatie om het werkritme te versnellen. Daarnaast werd ook het schootsveld van de verdedigingslinies geoptimaliseerd. Het graan op de aanpalende velden werd om die reden afgemaaid, talrijke bomen en struiken omgekapt. Door slechte en trage bevoorrading, waren de soldaten vaak op zichzelf aangewezen. De bewoners van de omliggende woningen werden dan ook druk bezocht om de nodige voedingsmiddelen te bekomen.

Karel Mertens:
"Aan het stuk (kanon) 10 werden twee stevige schuilplaatsen gemaakt in de grond en met dikke boomstammen. [...] Er werden ook plekken koren afgemaaid die anders het zicht voor de kijker van de korporaal-richter-'zouden hinderen. Het zal wel evenzo geweest zijn aan alle andere stukken van ons peloton. Wij hadden zo ongeveer allen dezelfde manier van werken en van ons te organiseren. Er werd wel heel veel over parachutisten gesproken maar met geen woord gerept over eten. Tot nu toe hadden we nog geen eten gezien of gekregen. We zouden dan ons plan moeten trekken. In de namiddag gingen twee man van stuk 10 op zoek naar iets eetbaars en kwamen niet met lege handen terug. Vijf hennen hadden ze "gevonden". Die beestjes waren ook de kluts kwijt met al dat geweld en lawaai en ze waren voorzeker gelukkig dat ze geadopteerd werden. Wat ze echter niet wisten, ja wat weet een hen, was dat hun einde zeer nabij was. Aan verloren hennen had niemand wat maar hongerige soldaten vonden het een prettig vooruitzicht. De hennen werden potklaar gemaakt in de "villa" van stuk 10, en we zouden.... ja, wat zouden we?"

Omstreeks het middaguur kregen de manschappen van het 9de Linieregiment het bevel om zich klaar te maken voor een terugtocht naar de K.W.-Linie. De stellingen aan het Albertkanaal werden in allerijl ontruimd. Nadat de verkenners (die zich nog op de noordelijke oever bevonden) zich bij de overige troepen van het Regiment aansloten, werden rond 19.00u de bruggen van Meerhout en Kwaadmechelen tot ontploffing gebracht. Veel materieel van het 9de Linieregiment werd noodzakelijk, door een gebrek aan afdoende transportmogelijkheden, ter plaatse gelaten.

Karel Mertens:
"Om 19 uur werden de bruggen te Meerhout en Kwaadmechelen opgeblazen: Waren me dat knallen! [...] Enkele minuten nadien vernamen we met ontsteltenis dat we onze stellingen zouden moeten verlaten. Dat was voor ons, soldaten, onbegrijpelijk. Ten eerste hadden we ons afgesloofd om een stevige stelling uit te bouwen en sterk te staan wanneer de vijand zou komen opdagen. Ten tweede begrepen we er geen snars van waarom we de plaat moesten poetsen, dan wanneer we nog geen enkele vijand hadden gezien, zelfs geen parachutist waarop nog steeds tevergeefs jacht werd gemaakt. Het was nu eenmaal zo bij het leger dat men nooit om uitleg moest vragen. Gehoorzaam en uitvoeren dat was nu eenmaal het enige punt waar het om ging. Daar vonden we het heel erg. We waren in de overtuiging dat, wanneer er gevechten zouden komen, het daar zou zijn, aan 't Albertkanaal dat we de vijand zouden opwachten en hem van antwoord dienen. Wie zal het ooit begrijpen? Zonder boe noch ba trokken we weg van dat kanaal waar we zoveel koude hadden geleden, maar waar we tevens heel wat zweet hadden gelaten om verdedigingswerken uit te voeren. We kenden het waarom niet, maar gehoorzaamden gewillig. Niettemin vonden we het jammer dat we reeds de tweede dag zulke stelling moesten opgeven, of beter gezegd achterlaten, gezien er geen enkel contact met de vijand geweest was. Wij zouden naar Westmeerbeek trekken. Alles werd in gereedheid gebracht om te vertrekken. Bij gebrek aan vervoermiddelen werd alle bagage geweerd en opgeofferd. Ook onze blauwe zakken moesten eraan geloven wat betekende dat we nog alleen beschikten over hetgeen we aan kledingstukken aan het lijf hadden en wat zich in de ransel bevond."

De manschappen verlieten tegen de avond de stellingen aan het Albertkanaal en marcheerden in westelijke richting. Die mars was de aanvang van een lange en vermoeide strategische terugtocht. De route liep op 11 mei 1940 over Veerle, Averbode, Blauberg en Herselt tot in Westmeerbeek. Om 23.00u werden er reeds Duitsers aan de overkant van het kanaal gesignaleerd. Duitse troepen van het 74ste Infanterie Regiment (I.R. 74 – 19de Infanterie Divisie) konden in Kwaadmechelen met rubberbootjes de zuidelijke oever van het kanaal bereiken en bouwden daar een bruggenhoofd uit om in de volgende dagen verder door te stoten in de richting van Tessenderlo. Het 1ste Regiment Carabiniers bleef ter plaatse en werd belast met de verdediging van de streek.
De terugtocht van het 9de Linieregiment ging echter onverstoord door. Een tweede etappe van de mars van het 9de Linieregiment, op Pinksterzondag 12 mei 1940, liep over Booischot en Heist-op-den-Berg naar Koningshooikt. De troepen verplaatsten zich telkens tijdens de nacht om beschietingen door vijandelijke vliegtuigen te vermijden. Op 13 mei 1940 nam het regiment uiteindelijk positie tussen Lier en Sint-Katelijne-Waver, aan de noordelijke rand van de K.W. Stelling.


Karel Mertens over het verslag van bevelhebber van het IVde Bataljon - Majoor Théodore van Pottelsberghe de la Potterie: "De sirenen loeien in LIER. De aldaar aanwezige troepen eisen van de aankomers het paswoord dat echter niemand kent bij het 9de Linie. De bevolking ziet overal spionnen, zotten lopen vrij rond en worden als spion naar de C.P. gebracht. Zelfs een stafofficier van de I.D. die op inspectie is, wordt voor een spion aangezien door de bevolking en wordt zelfs verwond. Bij het invallen van de nacht hoort men overal schieten."
4. De strategische terugtocht van het 9de Linieregiment
Tijdens de nacht van 16 op 17 mei 1940 werden de stellingen aan de K.W.- Stelling verlaten om ten noorden van de stad Mechelen de rivier Dijle over te steken en verder naar het Kanaal van Willebroek terug te trekken. Op 19 mei 1940 stelde de eenheden van het 9de Linieregiment zich op achter het Kanaal Gent-Terneuzen en op 23 mei 1940 nabij het Afwateringskanaal van de Leie.

Karel Mertens over de strijd aan het Afwateringskanaal:
"Het zou moeilijk worden de stelling te verdedigen: oneffen terrein, bossen en huizen die niet alleen het zicht belemmerden, maar tevens een schietveld onmogelijk maakten. Heel moeilijk om daar steunpunten te vormen. Het front was ook zeer uitgebreid."

Uiteindelijk strandde het regiment op 28 mei 1940 in de omgeving van Hooglede en Beveren. In die kantonnementen werden de troepen uiteindelijk op de hoogte gesteld van de capitulatie van het Belgische Leger en werden de manschappen spoedig gevangen genomen door het Duitse leger. De meesten onder hen ondergingen vervolgens enkele maanden krijgsgevangenschap.
De herpositioneringen van het 9de Linieregiment tijdens de meidagen van 1940 gingen gepaard met verscheidene schermutselingen en momenten van hevige strijd tussen manschappen van het regiment en Duitse invallende troepen. Bij die gevechten werd helaas ook een aanzienlijke menselijke tol betaald. Het register van gesneuvelden van de Achttiendaagse Veldtocht telt maar liefst 29 slachtoffers.

5. Een Balenaar in het 9de Linieregiment
In het regiment kon eveneens een Balenaar worden aangetroffen, namelijk Henri Louis Schildermans.
​

Schildermans Henricus Livinus (Louis)
Geboren in Balen op 3 april 1918
Soldaat Milicien - Klasse '37
9de Linieregiment - IVde Bataljon - 13de Compagnie Mitrailleurs
Immatriculatienummer 109-83524


Bij het ingaan van Fase A in augustus 1939 werd de militieklasse van Henri Schildermans onmiddellijk gemobiliseerd. Hij diende als soldaat in de 13de Compagnie van het regiment gedurende de Veldtocht van mei 1940. De 13de Compagnie (Mitrailleurs) behoorde samen met de 14de (Anti-tankkanonnen C47) en 15de (Mortieren M76) Compagnie tot het IVde Bataljon van het 9de Linieregiment. Het bataljon stond onder leiding van Majoor Théodore van Pottelsberghe de la Potterie. De 13de Compagnie werd geleid door Luitenant G. Verniers.
Op de vooravond van de Duitse inval lag Henri Schildermans in stelling aan het Albertkanaal in Meerhout-Gestel, nabij het sluizencomplex. Hij werd ingekwartierd bij de Familie Wellens in Gestel. Vanuit Meerhout maakte hij de hele aftocht mee tot in Oost- en West-Vlaanderen.
Na de capitulatie van het Belgische Leger werd Henri Schildermans krijgsgevangen genomen. Henri werd gevangen genomen in de regio rond Ronse. Van 29 mei 1940 tot en met 15 februari 1941 verbleef hij in hechtenis. Hij werd opgesloten in Stalag VIII A nabij Görlitz (Silezië - huidige Polen) en kreeg gevangenennummer 30.160.
Net zoals vele andere tijdsgenoten sprak Henri niet graag en niet veel over de oorlogsperiode en het krijgsgevangenschap. Henri werd in Stalag VIII A verplicht tewerk gesteld en moest onder andere meewerken aan de bouw van een skipiste voor de Duitsers. De eerste Duitse soldaat die de piste moest testen, brak echter zijn nek bij het landen.
Over de honger en ontberingen sprak Henri sporadisch ook wel een keer. Om in leven te blijven, moesten de gevangenen regelmatig schors van de bomen eten ofwel de trog van het 'varkenskot' plunderen in nabijgelegen boerderijen. Henri werd eveneens levenslang geconfronteerd met de gevolgen van de ontberingen in het kamp en leed sindsdien aan een chronische maagziekte.
Henri keerde uiteindelijk terug uit krijgsgevangenschap in februari 1941. Hij kwam samen naar huis met dorpsgenoot Jules Opdebeek, toen eveneens woonachtig in Balen-Wezel.Na de oorlog kreeg Henri Schildermans de volgende onderscheidingen:
- Medaille van de Krijgsgevangene met één baret;
- Herinneringsmedaille 1940-1945 met twee gekruiste sabels.

Henricus Schildermans overleed op 14 juni 1998 en werd begraven in het Ereperk op de Begraafplaats van Balen-Wezel.
Dankwoord
Met uitdrukkelijke dank aan oud-strijder Karel (Charles) Mertens voor zijn raad en hulp bij het uitwerken van dit artikel. Het volledige verhaal van Karel en de mannen van de 14de Compagnie werd uitgeschreven in de volgende publicatie O. MENSEEREN en K. MERTENS, 'Toen: De belevenissen van de klas 39 bij de 14de compagnie van het 9de linieregiment', Roeselare, 1985, Eigen beheer.
Beste Karel, enorm bedankt voor uw bereidwillige medewerking. Hopelijk kan dit artikel alvast een bescheiden bijdrage leveren om de huidige en komende generaties bewust te maken over de inzet en de geleden verliezen van het 9de Linieregiment, en bij uitbreiding van alle andere Belgische eenheden die actief waren in de Meidagen van 1940. Opdat wij hen nooit vergeten.

Dankzij de Familie Schildermans-Mertens kon het artikel eveneens worden uitgebreid met het verhaal van Balenaar Henricus Schildermans.
Beste Arnold en Henriette, hartelijk dank voor de warme en boeiende ontvangst. Door de verstrekte informatie over Henri en de bijhorende documenten kon de link met Balen prachtig worden geïllustreerd. Het Object van de maand kreeg op die manier alvast een bijzondere band met Balen.

Bronnen
BUSSELS, J., 'De luchtbombardementen van Leopoldsburg', Kamp van Beverlo, Driemaandelijks tijdschrift, September 1980, 51-56.
DE FABRIBECKERS, De veldtocht van het Belgische leger in 1940, Lummen, 1966.
MAJEWSKI, D., Vergeten monolieten, Mei 1940, De strijd aan de Vooruitgeschoven stelling of Grensstelling, Mol, 2015.
MENSEEREN, O. en MERTENS, K., 'Toen: De belevenissen van de klas 39 bij de 14de compagnie van het 9de linieregiment', Roeselare, 1985, Eigen beheer.
STRAUVEN, P., Tessenderlo in Oorlog, Tessenderlo, 1984, 71-124.
SANNEN, S., PEETERS F. en VER BRUGGEN, M., Oorlogsperikelen in Mol 1940-1945, Mol, 1993.
TAGHON, P., Mei 1940, De 18-daagse veldtocht in woord en beeld, Tielt, 2010.
VAN GEHUCHTEN, F., ‘5.1 De mobilisatie’ en ‘5.2 De Duitse inval’, Veerle, Arm en trots, Tielt, 1997, 528-532.
VAN GEHUCHTEN, F., ‘5.1 De mobilisatie’ en ‘5.2 De Duitse inval’, Vorst, Groot en Klein, 877-1976, Tongerlo-Westerlo, 1995, 455-462.
VAN OPSTAL, W., De Duitse Luchtaanval op het Kamp van Beverlo op 10 mei 1940, Tijdschrift van het museum van het Kamp van Beverlo, juni 2012.
DGHR - HRA-E/N/Arch Evere, Militair personeelsdossier Henricus Schildermans.
De Volksgazet, Dagblad der Belgische Werkliedenpartij, (13 mei 1940).
Le Patriote Illustré, jaargangen 1939 en 1940.
Foto Kamp van Beverlo, Collectie Bram Dierckx.
Foto's Charles Mertens.
Foto's Henricus Schildermans, Familie Schildermans-Mertens.
Gesprekken met Karel Mertens en de Familie Schildermans-Mertens, Mei-Juni 2016.
De Achttiendaagse Veldtocht, (
http://18daagseveldtocht.be).
Kempense Krantenbank, (www.kempensekranten.be).
Historiek 9de Linieregiment, (www.negendelinie.be/historiek.php).

Copyright Balen Bevrijd 


  • WELKOM
    • Over deze website
  • Virtueel Museum
    • Jaaroverzicht 2022 >
      • Januari 2022
      • Februari 2022
      • Maart 2022
      • April 2022
      • Mei 2022
      • Juni 2022
      • Juli 2022
      • Augustus 2022
      • September 2022
      • Oktober 2022
      • November 2022
      • December 2022
    • Jaaroverzicht 2021 >
      • Januari 2021
      • Februari 2021
      • Maart 2021
      • April 2021
      • Mei 2021
      • Juni 2021
      • Juli 2021
      • Augustus 2021
      • September 2021
      • Oktober 2021
      • November 2021
      • December 2021
    • Jaaroverzicht 2020
    • Jaaroverzicht 2019
    • Jaaroverzicht 2018
    • Archief
  • Pop Up Museum
  • Balen tijdens WOII
  • Oorlogsslachtoffers
    • Inventaris
    • Fiches
  • Projecten
  • Gooi niets weg!
  • Contacteer ons!
  • Links